English | Türk 

Deze tekst is overgenomen van: Bevallingsinformatie Verloskundig Samenwerkingsverband Haga, maart 2018

Voorbereiden op de bevalling.


Elke bevalling is anders. Niemand kan van tevoren precies voorspellen hoe je bevalling zal verlopen. Een bevalling kan anders verlopen dan je van tevoren had verwacht.

Een paar feiten over bevallen in Nederland.

In Nederland mag je bevallen met een zelfstandig verloskundige, wanneer alles in de zwangerschap en tijdens de bevalling verloopt zonder risicofactoren. Wanneer er risicofactoren ontstaan tijdens de zwangerschap of tijdens de bevalling word je verwezen van de verloskundige naar de gynaecoloog. In Nederland begint de begeleiding van de zwangerschap bij 9 op 10 zwangere vrouwen bij de verloskundige. Aan het begin van de bevalling wordt 5 op de 10 zwangere vrouwen begeleid door de verloskundige en 5 op de 10 door de gynaecoloog.


Tijdens de bevalling draagt de verloskundige de zorg in de helft van de gevallen over aan de gynaecoloog. De meest voorkomende redenen om tijdens een bevalling overgedragen te worden aan de gynaecoloog zijn: meconiumhoudend vruchtwater (de baby heeft in het vruchtwater gepoept), niet vorderen van de ontsluiting of van de baring, behoefte aan pijnstilling of dat de vliezen langer dan 24 uur gebroken zijn zonder weeën. In Nederland krijgt 3 op de 10 vrouwen pijnstilling tijdens de bevalling. In Nederland wordt bij 2 op de 10 vrouwen de          bevalling ingeleid. Een paar voorbeeldenvan oorzaken waarom een bevalling wordt ingeleid zijn een zwangerschapsduur langer dan 41-42 weken, hoge bloeddruk of zwangerschapsvergiftiging, een baby die te weinig of te snel groeit.
8-9 op de 10 vrouwen bevalt vaginaal, 1 op de 10 krijgt tijdens de bevalling hulp met een vacuumpomp of tang en 1-2 op de 10 bevalt met een keizersnede. In de helft van de keizersnedes is het een geplande keizersnede en in de andere helft is het een niet geplande keizersnede. Er is sprake van een niet geplande keizersnede wanneer een bevalling al gestart is en er tijdens de bevalling besloten wordt tot een keizersnede. Dit gebeurt wanneer de baarmoedermond (de ontsluiting) niet volledig open wil gaan bij goede weeën, wanneer er tijdens de  bevalling blijkt dat de baby uitgeput raakt door de weeën, of er onvoldoende zuurstof-toevoer via de placenta en navelstreng is. Ook ná de bevalling wordt minder dan 1 op de 10 vrouwen overgedragen aan de gynaecoloog bijvoorbeeld vanwege teveel bloedverlies of een placenta die vast blijft zitten.

Bij een bevalling onder leiding van de verloskundige wordt uitgegaan van een gezonde moeder en gezonde baby. Daarom wordt de hartslag van de baby op gezette tijden gecontroleerd en niet continu. Bij een bevalling onder leiding van de gynaecoloog wordt de conditie van de baby continu in de gaten gehouden. Dit gebeurt met twee banden om jouw buik om het hartritme van de baby en de weeën te registreren. Vaak krijg je een infuus. Ook in deze situatie proberen de zorgverleners rekening te houden met jouw wensen, indien mogelijk en veilig voor moeder en kind. Bespreek je wensen.

De verloskundigen in de regio Den Haag/Westland werken samen met de afdeling gynaecologie in het Hagaziekenhuis en het HagaJuliana Geboortecentrum. Wanneer je al in het ziekenhuis bent om te bevallen, en de zorg moet worden overgedragen van de verloskundige naar de gynaecoloog, dan blijf je op dezelfde kamer en verandert alleen het team.De gynaecoloog en het medische team (een arts, verloskundige en verpleegkundige) nemen de medische verantwoordelijkheid over van jouw verloskundige en de kraamverzorgster. (De verloskundige en kraamverzorgster blijven meestal niet meer aanwezig.) Bespreek van tevoren met je partner en je verloskundige of gynaecoloog hoe je je in zo’n situatie comfortabel kunt voelen. Maak je wensen kenbaar door middel van een geboorteplan. Het gaat om jouw bevalling; de zorgverleners zijn er voor jou en je kind!
Niet alle wensen zijn mogelijk, maar alle wensen zijn bespreekbaar!